Laos, het land van BeerLao - Reisverslag uit Luang Prabang, Laos van Arnout Eekelder - WaarBenJij.nu Laos, het land van BeerLao - Reisverslag uit Luang Prabang, Laos van Arnout Eekelder - WaarBenJij.nu

Laos, het land van BeerLao

Door: Arnout Eekelder

Blijf op de hoogte en volg Arnout

21 Juni 2013 | Laos, Luang Prabang

De start in de Democratische Volksrepubliek LAOS was relaxt. De eerste stop stond gepland op Si Phan Don, beter bekend als de vierduizend eilanden, een verzameling eilandjes in de Mekongrivier in het zuiden van Laos. Deze eilandjes stralen rust uit en ontspannen is dan ook de populairste activiteit. Het lezen van een boek in een hangmat en het staren naar de zonsondergang met een ijskoude BeerLao in de hand waren zo’n beetje de actiefste dingen die ik gedaan heb tijdens mijn verblijf op het eiland Don Det. Leuk voor een paar dagen; “Been there, Don Det”, maar dan begint het bij mij toch echt weer te kriebelen om mijn luie reet uit de hangmat te lichten op zoek naar iets actiever.

En hiervoor heb ik niet lang hoeven te speuren want via de mail kwam er een berichtje binnen van David, een Engelsman die ik heb leren kennen aan het einde van mijn reis in Cambodja, met de vraag of ik zin had in de Tree Top Explorer te Pakse. Nu had ik al wel wat positieve verhalen gehoord over deze activiteit en de beslissing om aan te sluiten bij een groep was snel gemaakt, en daar heb ik geen spijt van gekregen. Met in totaal tien personen met zeven verschillende nationaliteiten drie dagen in het bos van “Dong Hua Sao National Protected Area” verbleven. Overdag door het bos wandelend over steile paadjes en via hangbruggen, staalkabels en tokkelbanen (zip-lines) ons voortbewegend naar de andere kant van de ravijnen. Fantastisch om hangend aan een staal kabel meters hoog tussen de boomkruinen te zweven daarbij wild stromende riviertjes en watervallen passerend.

’s Nachts geslapen in een boomhut vijftien meter boven de grond, die alleen toegankelijk was via een zipline en ’s ochtends, wakker wordend van de opkomende zon, vogelgezang en gekletter van een waterval, dus eerst je harnas aan en al zwevend op naar het restaurant in het kamp om van je ontbijt en het uitzicht te kunnen genieten. Want de plek van het Jungle Hotel Paksong zoals ze het noemen, was met zorg uitgekozen: midden in het dichte jungle omgeven met torenhoge steile kliffen waar een adembenemende waterval zich in verschillende trappen zo’n honderdvijftig meter naar benenden werkt. De vergelijking met het paradijselijke Rivendell uit de film “Lord of the Rings” was snel gemaakt om een idee te geven van de omgeving.

Op de laatste dag moest er ook nog even een leuke “Via Ferrata” of in het Duits “Klettersteig” gedaan worden om een verticale rotswand te passeren voordat we de spreekwoordelijk aftocht moesten blazen. Fantastische dagen, mede mogelijk gemaakt doordat het met de groep bijzonder goed klikte maar ook door de plaatselijk Laotiaanse begeleiders, die zelf ook veel lol hadden in hun “dagelijkse” werk.

Na een dagje rust in Pakse vervolgens samen met twee dames uit de Tree Top Explorer groep in twee dagen het Bolaven Plateau verkend met behulp van een honderdtien cc scooter. Het landschap van dit hoger gelegen plateau, en één van de meest gebombardeerde gebieden in Laos tijdens in de Vietnam oorlog, bestaat nu vooral uit plantages van onder andere rubber, bananen maar voornamelijk koffie, dat erg goed gedijd door de koelere temperaturen en voldoende regenval. Niet erg aantrekkelijk die plantages maar de verschillende watervallen met als hoogtepunt de honderdtwintig meter hoge dubbele Fan waterval en de uitstekende bakkies leut maken het de moeite waard om er een aantal dagen rond te tuffen.

Voor een aantrekkelijker landschap moet je driehonderd kilometer noordelijk zijn waar vele reizigers en ondergetekende de Tha Khaek loop doen. In het landschap, met prachtige kalkstenen monolieten, net zoals Halong Bay in Vietnam maar dan zonder het water, slingeren de gravel- en asfaltwegen zich een weg door de met rijstvelden bezaaide groene contreien. Onderweg zijn vele grotten te bezoeken maar ik heb het maar bij twee gehouden; de boeddha grot met tweehonderdnegenentwintig boeddha beelden van naar schatting zeshonderd jaar oud die pas in tweeduizendenvier is herontdekt en de zeven kilometer lange Kong Lo grot waar je met een bootje doorheen kunt varen.

Het mooiste was eigenlijk het afleggen van de plus minus zevenhonderd kilometer op de af en toe zeer slechte wegen. Hiervoor had ik beter materiaal gehuurd om meer kilometers te kunnen maken in korte tijd en om de vele oneffenheden in het wegdek niet met mijn derrière maar met de vering van de tweewieler op te vangen. Het resultaat was vele jaloerse blikken van lokale bevolking en andere westerse reizigers die al stuiterend door de gaten, mij in een straf tempo voorbij zagen vliegen, al staand op de pepaaltjes met een dansende motor onder mij.

Een bus bracht mij vervolgens verder naar de hoofdstad Vientiane. Hier niet veel tijd verdaan aangezien er daar niet zoveel te zien is en de volgende dag gelijk maar door gereisd naar Luang Prabang. Voor het gemak maar gekozen om dit per vliegtuig te doen om zo de reistijd van elf uur bussen terug te brengen naar vijfenveertig minuten wolkjes kijken.

Aangekomen in Luang Prabang, de voormalige hoofd- en centraal in het noordelijke deel van Laos gelegen stad werd ik aangenaam verrast door de op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staande stad. Was ik al lyrisch over Hoi An in Vietnam; hier hebben we er nog zo één! De stad is bezaaid met karaktervolle panden afgewisseld met vele tempels en in de prachtige oude huizen zijn vele restaurantjes, galerieën, antiekzaken, winkeltjes en barretjes te vinden. Misschien mede door de vele in oranje geklede monniken, hangt er een serene rust in deze bijzonder stad en wellicht is dat de reden dat vele reizigers hier langer blijven hangen dan voorzien. Voor mij duurde het eerste bezoek slechts drie nachten, maar in de wetenschap dat ik hier terug zou komen.

Want het noordelijk deel van Laos moest worden verkend en hoe kun je dit het beste doen? Jullie raden het al; per motor. Dit maal niet alleen maar samen met David de Engelsman die ik telkens weer tegen het lijf loop en waar ik het goed mee kan vinden. Na beide een kwartliter motor te hebben gehuurd bij de plaatselijke motormaffiabaas die voor Laotiaanse begrippen een astronomische hoge prijs vroeg, maar als enige aanbieder zijn monopolie positie prima uitspeelde, kon de reis beginnen.

Eerste doel was de dichtbij gelegen maar prachtige Kuang Si watervallen. Door ’s morgens vroeg daar te arriveren omzeilden we de hordes andere toeristen en hadden we de poelen gevuld met azuurblauw koel water om te zwemmen voor onszelf. De rest van de dag in het zadel van de gemotoriseerde stalen ros gezeten om de tweehonderdzeventig kilometer alsmaar kronkelige wegen in bergachtig terrein af te leggen naar Phonsavan om daar de volgende dag de Plain of Jars te bezoeken.

Die volgende dag begon voor David slecht, aangezien hij zich tamelijk ziek voelde en na het zien van de eerste uit natuursteen uitgehouwen kruik de conclusie trok dat hij beter terug kon keren naar Luang Prabang om daar verder uit te zieken. Dus wederom alleen, de rest van deze site van de vlakte der kruiken, waarvan de oorsprong nog steeds onduidelijk is, bezocht en etappe twee; kronkelige weg met veel gaten, met succes afgelegd.

De nacht door gebracht in het letterlijk stoffige dorpje Vieng Thong, waar ze toch warempel één restaurant hebben, of de schuur die er voor door moest gaan, met een Engelse menu kaart, lucky me! En na het nuttige van de meest veilig keuze, rijst met geroerbakte groeten, kwam ik in gesprek met een Amerikaan die voor internationale Wildlife Conservation Society werkte. Interessant om met hem te praten over het beschermen van natuur en de daarin levende zaken, maar dit was wederzijds aangezien hij het ook interessant vond mijn kijk als toerist te ervaren. Geluk voor mijn was dat hij als kenner van omgeving mij een mooie bestemming kon aan wijzen die tot nu toe voor mij en voor bijna de gehele wereld tijdens de Vietnam oorlog onbekend was. Hij wees mij namelijk op het feit dat er plus minus dertig kilometer verderop een vliegveld genaamd Lima Site-36 lag dat in de Vietnam oorlog is gebruikt om bombardementen uit te voeren in Laos. Het bestaan die van dit vliegveld en trouwens het feit dat de CIA in Laos aanwezig waren is gedurende de oorlog geheim gebleven voor een groot deel van het Westen en wordt nu de “Secret war” in Laos genoemd.

Het twee meter brede bospad er na toe was uitdagend voor motor en berijder maar mooi en leidde mij langs dorpjes waar de lokale bevolking verrast opkeek van waarschijnlijk de eerste toerist in weken misschien wel maand(en) die hun dorpje aandeed. Met zwaaiende kinderen als gevolg, wel op afstand, want ze durfden niet dicht bij te komen en weg- draaiende / lopende vrouwen als ik mijn camera tevoorschijn haalde. Natuurlijk eerste gevraagd of fotograferen oké was en na een tijdje gewacht te hebben zodat de mensen konden “vluchten” enkele shots genomen om deze enerverende ervaring vast te leggen. De contouren van het vliegveld zijn nog steeds duidelijk te zien en de site ligt er nu vredig bij in tegen stelling tot wat er zich daar jaren geleden heeft afgespeeld. Laat die dag aangekomen in Nong Kiauw dat prachtig gelegen is aan een rivier en waar de rook uit de hout gestookte kachels tussen de huizen bleef hangen en deze met de ondergaande zon en de machtige bergen op de achtergrond een prachtig plaatje opleverde.

De laatste dag bracht mij, al zwaaiend en “Sabaidee” (hallo) roepend in de dorpjes, na zestig kilometer bochtig asfalt, vijfenvijftig kilometer zand- / gravelweg over hoofdzakelijk bergruggen met af en toe steile en diepe afgronden maar mooie uitzichten en vervolgens tachtig kilometer tien meter brede gravelstrook, terug in Luang Prabang. Hier geniet ik nu van het relaxte, rustige maar goede leven door een beetje rond te struinen in de straatjes en steegjes, al zoekende naar een mooi souvenir, op zijn tijd een hapje en een drankje te doen, om zo uitgerust dit land te verlaten.

Groen, groener, groenst; helaas niet oude oerbossen maar bijna het hele land is begroeid met gewas en maar liefst 14 procent is nationaalpark waar een enorme diversiteit aan wildleven zich voordoet. Een mooi en aantrekkelijk land waar ik veel medereizigers heb leren kennen, en die tot nu toe mijn favoriet is van het schiereiland Indochina. Maar of dit zo blijft met Thailand in het vooruitzicht…..?

“Khàwp jąi” voor het lezen,

Arnout

  • 21 Juni 2013 - 16:27

    G Eekelder:

    Mooi verhaal weer,wat een ervaring zal dat zijn.\
    Geniet nog maar even van, het is zo 11 aug !!!!!!!
    gr Pa-Ma

  • 22 Juni 2013 - 21:06

    Robert, Inge En Kids:

    Wat een prachtig verhaal weer Arnout. Een van de "spannendste" verhalen waarin ik wederom geboeid bleef lezen naar al je ervaringen. Je hebt het motor rijden innmiddels vast helemaal onder de knie, sterker nog...je wordt al onthaalt als een heuze rockster zo te lezen. Wat een mooie dingen krijg je allemaal te zien, da's nog eens een levensgenieter! Op de foto van de monniken die je plaatste viel me op dat het jonge personen waren, of lijkt dat maar zo?
    Heel veel reisplezier, we blijven je volgens. Groeten vanuit een donker/regenachtig Grolle.

  • 23 Juni 2013 - 20:49

    Theo En Trees:

    Hoi Arnout, wat een genieten weer, ook voor ons. Geweldig hoe je alles op papier kunt zetten, je moet er echt een boekwerk van maken als je weer thuis bent, zeker weten, dat de reiswereld er interesse voor heeft. Geniet nog van alles wat nog komen gaat en tot je volgende verslag. Theo en Trees.

  • 23 Juni 2013 - 22:37

    Danielle, Raymond En Jesse:

    Heee Arnout, wat een prachtig verhaal heb je weer geschreven. Thailand is super met heerlijk eten, prachtige plekken en heel vriendelijke mensen. Je zult het vast naar je zin hebben. Wel getekend in de gebieden waar de tsunami in 2004 veel heeft verwoest. Veel mensen hebben ons hun ervaringen verteld. Heftig, maar een herinnering die je altijd bij blijft. Enjoy your trip. Groeten van ons.

  • 24 Juni 2013 - 08:26

    Sabina:

    Hi,

    Alweer zo'n prachtig verhaal. Zo te lezen geniet je er nog volop van en dat is maar goed ook, ga zo door! groetjes Sabina

  • 25 Juni 2013 - 21:26

    Chiara :

    Leuk weer te lezen! Geniet er nog van!

  • 04 Juli 2013 - 15:25

    Esther Nijbroek:

    Arnout, ik reisde in verslagen en foto's met je mee naar de meest prachtige plekken en uithoeken van de wereld. Kun je niet nogmaals je reis verlengen om zo nog meer reiservaringen en foto's met je volgers te delen....? Ik heb het als bijzonder ervaren om in vogelvlucht en in zeer aantrekkelijk geschreven verhalen jouw avonturen te volgen!

  • 15 Juli 2013 - 22:46

    Danielle Raymond En Jesse:

    Hee Arnout, hoe is het met je? Al bijna 8000 keer je verhalen door mensen gelezen. Leuk toch? Hier alles ok: mooi weer, Hollanders doen het goed in de Tour de France, goed te pas etc. Hopen dat je nog geniet de komende tijd. Groet van hier.

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Laos, Luang Prabang

Arnout

Al jaren lang zat het in mijn hoofd, ik wil nog een keer de wereld rond. Na die eerder gemaakte reis naar o.a Australië, Nieuw Zeeland en Indonesië is die wens altijd blijven zitten. En nu is het bijna zover. 28 oktober 2012 begint de reis die me o.a. in Argentinië, Chili, Antarctica, Nieuw Zeeland, Vietnam, Cambodja en Laos moet brengen. Hopelijk genoeg indrukken voor een nieuwe kijk op mijn oude werkelijkheid bij terug komst in Nederland......

Actief sinds 25 Aug. 2012
Verslag gelezen: 931
Totaal aantal bezoekers 59340

Voorgaande reizen:

28 Oktober 2012 - 11 Augustus 2013

Reis rond de wereld in 288 dagen

Landen bezocht: